Je zult maar homo zijn…

Bijbelgedeelte:
Mattheüs 19:3-9 en 22:34-40

Ook aan de kerk gaat homoseksualiteit niet voorbij. Er is nauwelijks of geen reden om te veronderstellen dat het onder christenen minder voorkomt dan onder niet-christenen. In harde cijfers betekent dat dat ongeveer 4-6% van onze tieners (overwegend) homofiele gevoelens zullen ontwikkelen… De eerste twijfels aan de eigen seksuele identiteit komen meestal zo rond het dertiende of veertiende levensjaar op. Voor velen van hen geldt dat het op hun zestiende wel zo ongeveer duidelijk is: ik ben homo. De verwarring die dat met zich meebrengt, is enorm, vooral als ze in hun omgeving veel (of: vooral) negatieve signalen opvangen over homoseksualiteit. Omdat ze er in hun eigen omgeving niet over durven praten, is de kans groot dat ze op ándere manieren op zoektocht gaan (internet bijvoorbeeld). Het gebeurt nogal eens dat ouders pas geïnformeerd worden als de belangrijkste keuzes al gemaakt zijn en/of als de betreffende tiener is stukgelopen op zijn/haar probleem. Ondertussen zijn er jaren voorbijgegaan waarin de tiener in alle eenzaamheid met zijn/haar gevoelens geworsteld heeft.

Het onderwerp is ondertussen niet alleen voor déze tieners van belang. Ook hun heteroseksuele leeftijdsgenoten worden steeds meer met het onderwerp geconfronteerd. Het is dus belangrijk dat ze hierin een christelijke houding leren ontwikkelen: met het oog op henzelf (ook voor hén is het een verwarrend onderwerp) én met het oog op de homofielen in hun omgeving.

Die christelijke houding zal proberen recht te doen aan zowel wat de Bijbel zegt over huwelijk en seksualiteit, als aan de personen om wie het gaat. Het zal duidelijk zijn dat hier allerlei moeilijke vragen liggen, die je met tieners niet kunt bespreken. Toch is dat geen reden om het onderwerp te laten liggen tot ze ouder zijn. Want hoe je het ook wendt of keert: tieners komen het op allerlei manieren tegen en ontwikkelen op hun eigen manier (bewust of onbewust) een bepaalde houding. De vraag is alleen maar of we dat zonder hulp en begeleiding laten gebeuren, of mét. In dit programma kiezen we voor: mét.

Zoals gezegd, dat betekent niet dat we het onderwerp homoseksualiteit uitgebreid gaan bespreken. Bewust hebben we ervoor gekozen om het programma vrij summier en eenvoudig te houden. Bedoeling is dus niet dat tieners aan het eind van de avond weten ‘hoe het allemaal precies zit’. ’t Belangrijkste is dat ze gemerkt hebben: dit onderwerp kan en moet op een zorgvuldige manier besproken worden - in gehoorzaamheid aan de Bijbel én met liefde en respect voor de homofiel.

Andere programma's in deze categorie