Help je ouders de pubertijd door

Bijbelgedeelte:
Spreuken 23:22-25
Tieners hebben hun ouders nodig om binnen veilige kaders op te kunnen groeien. Tegelijkertijd voltrekt zich een veranderingsproces. De afhankelijkheid van de ouders wordt steeds minder groot en de tiener groeit naar zelfstandigheid. Vroeger beslisten de ouders in alles voor de tiener, nu neemt de tiener steeds meer een eigen verantwoordelijkheid. In die zoektocht naar zelfstandigheid botst het soms tussen ouders en tieners. Tieners gebruiken hun ouders als schuurpaal. Zij hebben hen in deze confrontaties nodig om een eigen identiteit te ontwikkelen. De manier waarop de ouders in het leven staan, de normen en waarden én het geloof van de ouders worden getest. De vraag wordt wel eens gesteld of de puberteit in het huidige tijdsbestek nog steeds crisistijd in de opvoeding is. Is er niet steeds minder vaak sprake van botsingen in de relatie tussen ouders en tieners? Deze tendens is ook waar-neembaar. Mogelijk heeft dit te maken met een groeiende onderwaardering van het gezag van ouders. Het kan er ook mee te maken hebben dat ouders op sommige levensterreinen een bepaalde afhankelijkheid hebben van hun tieners. De puberkids groeien op in een digitaal tijdperk waarin ontwikkelingen zich met een snelheid voltrekken die ouders soms niet meer bij kunnen houden. Voor tieners is dit echter de arena waarin ze opgroeien, ze kijken er niet van op en helpen hun ouders wel even als die het niet meer snappen. Bijbels gezien is de lijn van de geslachten en dus ook de relatie ouder-tiener belangrijk. Het vijfde gebod roept kinderen op de ouders te eren. Zij zijn het aan wie de kinderen het leven te danken hebben, die hun kinderen (levens)wijs kunnen maken en die hun kinderen wijzen op dé levensbron en gids in het leven: op God zelf. Tegelijkertijd wordt op verschillende bijbelplaatsen duidelijk dat dit niet alleen iets te zeggen heeft voor kinderen, maar ook voor ouders.

Andere programma's in deze categorie